Voor het berekenen van de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm) wordt er in eerste instantie gekeken over welk voertuig de bpm wordt geheven.
- Bij een personenauto wordt de bpm berekend over de CO₂-uitstoot.
- Bij een bestelauto, kampeerauto of motor wordt de bpm berekend over de nettocatalogusprijs (catalogusprijs minus de omzetbelasting)
Extra opties personenauto’s
De BPM op een personenauto wordt thans volledig berekend over de CO₂-uitstoot van de auto, zoals die bij de typegoedkeuring is vastgesteld. Alle opties en meeruitvoeringen die niet leiden tot een hogere CO₂-uitstoot, blijven daardoor buiten de BPM-heffing. Dat geldt ook voor achteraf aangebrachte accessoires. Slechts in één geval dient bij aanpassingen aan de auto na de afgifte van het kenteken een aanvullende BPM-aangifte gedaan te worden. Dat is het geval als er aanpassingen aan de motor van de auto (chiptuning) worden gedaan binnen drie jaar na de eerste inschrijving in het kentekenregister.
Extra opties bestel-, en kampeerauto’s en motoren
Bij bestelauto’s, kampeerauto’s en motoren betaalt u ook bpm over de volgende extra’s:
- extra opties
- accessoires
- meerkosten voor bijzondere uitvoeringen