Beschikt u over een auto van de zaak? Dan moet u bijtelling betalen over de cataloguswaarde van het voertuig. Wilt u dit voorkomen, dan kunt u gebruikmaken van de Verklaring geen privégebruik auto. Hiermee verklaart u dat u op jaarbasis niet meer dan 500 kilometer privé rijdt met de auto van de zaak. U dient dan ook een sluitende kilometerregistratie bij te houden als bewijs.
Sinds de bijtelling is opgenomen in de loonbelasting, zijn zowel de werknemer, werkgever als administrateur betrokken bij het controleren van privégebruik. Toch brengt de verklaring niet in alle gevallen zekerheid voor de werkgever.
Toenemende controle Belastingdienst
De laatste jaren controleert de Belastingdienst met toenemende mate het gebruik van de auto van de zaak. Dit gebeurt op verschillende manieren. Ten eerste door mobiele controleteams die kentekens noteren bij privébestemmingen zoals pretparken en de Ikea. Dit heeft er intussen al voor gezorgd dat heel wat bestuurders van een auto van de zaak tegen de lamp zijn gelopen. Daarnaast maakt de Belastingdienst tegenwoordig ook gebruik van gegevens van de politie. Dus mocht een auto van de zaak worden geflitst voor een snelheidsovertreding, dan wordt het tijdstip, de datum en het kenteken vastgelegd. Deze gegevens kunnen mede worden gebruikt bij de controle van de kilometerregistratie. Ditzelfde geldt voor de kilometerstanden die worden ingevoerd bij een bezoek aan de garage.
Wat betekent dit voor de werkgever?
De pakkans voor werknemers die zonder bijtelling toch privé rijden, wordt steeds groter. Als werkgever loopt u risico, ook al is er een Verklaring geen privégebruik auto afgegeven. Indien u wist of had moeten weten dat de werknemer meer dan 500 kilometer privé rijdt, vervalt de bescherming van de verklaring.
Voorbeelden hiervan zijn:
- Winterbanden laten plaatsen voor een privéreis
- Gezamenlijke privé-uitjes met de auto van de zaak
- Verkeersboetes die tijdens privékilometers binnenkomen bij de werkgever