
Zakelijke rit naar de camping: hoe zit dat precies?
Tijdens de zomervakantie trekken veel mensen er tijdelijk op uit. Denk aan een paar weken op de camping, al dan niet gecombineerd met werk. Maar als je nog niet volledig met verlof bent, en tussendoor naar kantoor moet, rijst de vraag: is zo’n rit een zakelijke rit naar de camping? Of valt het onder privégebruik?
Waarom het onderscheid belangrijk is
Of een rit als zakelijk of privé wordt aangemerkt, heeft gevolgen voor de bijtelling, rittenregistratie, de btw-correctie en de reiskostenvergoeding. Voor zowel ondernemers als werkgevers is het daarom essentieel om hier duidelijkheid over te hebben. Zeker als je een auto van de zaak gebruikt, kunnen verkeerde aannames tot fiscale risico’s leiden.
Wanneer is woon-werkverkeer zakelijk?
In de meeste gevallen geldt woon-werkverkeer als een zakelijke rit voor de bijtelling en reiskostenvergoeding. Voor de btw ligt dit anders: daar beschouwt de Belastingdienst woon-werkverkeer meestal als privé.
De situatie wordt complexer als je tijdelijk ergens anders verblijft, zoals op een camping. In dat geval is de vraag of je verblijf daar als hoofdverblijf kan worden beschouwd, zodat een rit naar kantoor alsnog geldt als zakelijke rit naar de camping.
Camping als tijdelijk hoofdverblijf
De Belastingdienst heeft een standpunt ingenomen over ritten tussen werk en camping. Zij onderscheiden hierin twee situaties:
1. Alleen in het weekend op de camping
Als je alleen in het weekend naar de camping gaat, blijft je officiële woonadres leidend. De rit naar de camping wordt dan als privérit gezien, ook als je vanuit daar incidenteel werkt.
2. Drie maanden aaneengesloten op de camping
Wanneer je drie maanden onafgebroken op de camping woont én van daaruit naar je werk reist, mag je deze ritten aanmerken als zakelijk. De camping fungeert dan tijdelijk als hoofdverblijf. Dit betekent dat de zakelijke rit naar de camping en terug fiscaal wordt erkend, mits je dit goed kunt onderbouwen.
Dit standpunt geldt formeel alleen voor de reiskostenvergoeding, maar wordt in de praktijk ook gebruikt voor bijtelling. Belangrijk is wel dat het verblijf drie maanden aaneengesloten duurt. Kortere periodes worden niet als voldoende onderbouwing gezien.
Wat moet je aantonen?
Wil je ritten vanaf de camping opvoeren als zakelijke kilometers? Dan moet je kunnen aantonen dat het tijdelijke verblijf je hoofdverblijf is. Denk aan bewijs van langdurig verblijf, inschrijving op locatie of verklaringen van werkafspraken. Valt jouw situatie binnen de richtlijnen van de Belastingdienst? Dan mag je hierop vertrouwen. Zo niet, dan loop je het risico op discussie – of zelfs een juridische procedure.
Rijd je in een zakelijke auto? Dan is een sluitende rittenregistratie essentieel om zakelijke ritten correct vast te leggen en problemen te voorkomen.